REISTRAJECT 2: VAN KALMAR NAAR STOCKHOLM (INCL MALAREN) EN DOOR NAAR SODERTALJE
Een week waren we dus van boord. Op onze vliegreis naar Toulouse vlogen we eerst van Kalmar naar Kopenhagen. We zaten in een Fokker 50 met van die oude propellors. We vlogen laag en in 25 minuten passeerden we alle havenplaatsen die we de laatste 10 dagen hadden bezocht (Kristianopel, Torhamn, Hanø, Simrishamn, Ystad en Trelleborg). Een speciale ervaring. Op 24 Juni waren we 's avonds laat weer terug in Kalmar: 13 graden terwijl we 39 graden gewend waren in Frankrijk. De volgende dag varen en dat betekende Noordenwind kracht 5 (volgens Titia 6) met hoge golven, stroom en wind tegen en veel (zout) buiswater over het schip. De nacht doorgebracht op een rustige ankerplaats bij Pataholm. Daar lag een oude zalmkotter als teken van de vele zalm die hier gevangen wordt. In onze volgende havenplaats (Figeholm, weinig interessant) geeft Titia een typisch Zweeds gerecht: løvbeef. Een exotische naam voor heel dunne plakjes rundvlees die 2 minuten in de pan gaan (opgetekend: 26 Juni 2003).
We vervolgen onze tocht door het scherengebied en passeren op 100 meter afstand de kerncentrale van Simpevarp. We hebben een paar windstille dagen zodat het motorgeluid helaas constant te horen is. De scheren zijn nu meer bebost en er zijn ook grotere eilanden. We liggen een avond helemaal alleen in onze eigen fjord. Langzaam maar zeker vervolgen wij onze reis naar het Noorden in de richting van Stockholm. We brengen diverse malen de nacht door voor anker in een beschutte baai. Het wordt drukker en we liggen niet meer alleen. Maar er is ruimte genoeg. Zo passeren we het prachtige scheren gebied van St Anna. Hier waren we 3 jaar geleden ook. We kozen daar toen de Westelijke route naar het Götakanaal. Nu varen we de Oostelijke route naar Arkosund. We brengen een nacht door in Trosa. Dit is een klein en toeristisch plaatsje met veel originele houten huizen. We ontdekken er een uitstekend restaurant waar we prima hebben gegeten. In het algemeen is het moeilijk goede en gezellige restaurants te vinden. Ook verbaast het ons dat er haast nergens verse vis te krijgen is terwijl er toch een hoop vis in de zee moet zitten. We gebruiken zeer gedetailleerde kaarten om door het scherengebied te varen. We gebruiken ook een elektronische kaart op de computer. Dit maakt het navigeren nog gemakkelijker en betrouwbaarder.Door de vele vlak onder de oppervlakte liggende stenen en rotsen kunnen we ons geen enkele fout veroorloven en moeten we ook precies de boeien volgen. De bebakening is prima in orde en overal duidelijk zichtbaar. Zoals bekend gaat de zon nauwelijks onder hoe hoger je komt in Zweden. (opgetekend: 3 Juli 2003)
We komen nu steeds dichter bij het doel van onze reis: Stockholm en het omliggende eilanden- en scherengebied. De laatste 30 mijl wordt het steeds drukker. Er zijn veel meer motor- en zeilboten. Het aantal jachthaventjes neemt toe en de oevers van de vele eilanden staan vol met houten landhuizen. Het vaargebied is zeer afwisselend. Nu eens brede fjorden en dan weer zeer smalle doorgangen waar 2 schepen elkaar net kunnen passeren.
Het is een zonnige dag als we Stockholm binnen varen op 4 Juli. De stad zelf is gebouwd op 14 eilanden en er is overal water. Daardoorheen is een voortdurend verkeer van pontjes, rondvaartboten, pleziervaartuigen en af en toe een reuzen veerpont die naar Finland vaart. Wij gaan liggen in de jachthaven naast het Vasamuseum. Vandaar hebben we een prachtig uitzicht over de stad. Vlakbij is een pretpark met draaimolens en een achtbaan en een aantal musea (Djurgarden). We blijven een aantal dagen liggen om te stad te bekijken en om op onze opstappers Pien en Bas te wachten die een aantal dagen mee zullen varen. We hebben 6 weken gedaan over de afstand Enkhuizen Stockholm en we hebben 900 mijl afgelegd. Dit is geheel volgens ons plan. We zijn daarbij geholpen door het weer: we hebben zelden echt slecht weer gehad. Opvallend was wel hoe vaak we de wind tegen hadden. Toen we langs de Zuidkust van Zweden naar het Oosten voeren was de wind Oost en toen we naar het Noorden ging kwam de wind uit het Noorden. Daardoor hebben we veel op de motor gevaren.(opgetekend: 5 Juli 2003)
We brengen een aantal dagen in Stockholm door om de stad te bekijken. We bezoeken het Vasamuseum wat een "must" is voor iedere bezoeker. De oude stad is de moeite waard en we beluisterden een mini taptoe bij het koninklijke paleis. Pien en Bas arriveren uit Nederland met nieuwe haring en drop. Een welkome aanvulling van onze leeftocht. We varen verder naar het Noorden en met het steeds warmer wordende weer kunnen we eindelijk ook eens zwemmen.(opgetekend: 9 Juli 2003)
Zo bereiken we het meest Noordelijke punt van de tocht: Norrtälje (59,45,3 N en 18,43,5 O). Met een mooie wind varen we in een paar dagen terug naar Stockholm waar Pien en Bas na een dag sightseeing terugvliegen naar Nederland. Wij liggen prachtig aan het schiereiland Skeppsholmen waar enkele uren later de Kaat Mossel arriveert, het schip van Paul en Geeske van Hoeve. Een prachtig weerzien. We zullen de komende weken met elkaar opvaren. We blijven nog 2 dagen liggen in Stockholm. Paul gaat voor mij op zoek naar een V-snaar voor de motor (we hadden een paar dagen geleden een gebroken V-snaar die we konden vervangen met een reserve exemplaar). Na veel omzwervingen in de stad ontdekte hij de juiste winkel maar die was helaas gesloten. En we moeten de was doen van de afgelopen weken. We zijn daarvoor aangewezen op wasmachines in jachthavens. De Vasahamn jachthaven heeft ze gelukkig. Er is zelfs tijd voor Titia om de kapper te bezoeken. Dan vertrekken we om een weekje rond te gaan varen op de Mälaren: een zeer uitgebreid, prachtig meren gebied bij Stockholm. Ondertussen wordt het weer steeds warmer. Overdag tot 28 graden, voortdurend een brandende zon en weinig wind. Veel zwemmen en voor anker in schitterende eenzame baaien.(opgetekend: 16 Juli 2003)
We bezoeken de schitterende kathedraal van Strängnäs. In deze dom uit de 13e eeuw is Koning Gustav Vasa gekroond in 1532. Hier werd voor het eerst de leer van Luther gepredikt. We maken een uitgebreide rondleiding in het schitterende kasteel Gripsholmen in Marienfred. Op weg naar Södertalje stoppen we enkele uren bij het eilandje Björkö waar in de 8e eeuw de eerste handelsplaats van Zweden door de Vikingen werd gesticht: Birka. Nu is er niet veel meer te zien dan hoopjes stenen maar het plaatselijke museum geeft een aardig beeld van het reilen en zeilen van de Vikingen in die tijd.
